Abstract
Sneeuw en ijs: de winter is voor veel dieren een moeilijke tijd. Zo ook voor hazen en konijnen. De weersomstandigheden kunnen een behoorlijke invloed hebben op overleving van deze dieren, maar bijvoorbeeld ook op het succes van de voortplanting. Om te achterhalen hoe dat precies werkt op populatieniveau analyseerden Heiko Rödel en Jasja Dekker bijna 30 jaar aan afschotgegevens uit Nederland en Duitsland.
Zij combineerden deze jachtstatistieken met weersgegevens van de metereologische diensten van beide landen. Eerst hebben ze voor beide soorten de langdurige trends geanalyseerd. Hieruit bleek dat hazen de afgelopen 28 jaar in Nederland en Duitsland gestaag zijn afgenomen. De belangrijkste oorzaak van deze langdurige negatieve trend moet gezocht worden in de intensivering van de landbouw, al is bekend dat ook ziekten, predatoren, en weer invloed hebben op de populatiedynamiek van hazen. De konijnendata vertonen door de komst van het Viraal Haemorhagisch Syndroom een afname na 1990. Door de ontwikkeling van resistentie tegen deze ziekte is er de afgenomen jaren weer een toename.
De volgende stap was het bepalen van effecten van regen en van kou op de konijnen- en hazenpopulaties. Regen heeft een duidelijke invloed. De aantallen geschoten hazen, en dus de hazenpopulatie is lager in jaren met hogere hoeveelheden neerslag tijdens de zomer en/of herfst in het jaar ervoor.
De stand van de konijnen populatie zit nog wat ingewikkelder in elkaar. Naast het negatieve effect van de regen in de lente in het jaar van afschot, werkten regen en kou samen in op de konijnenpopulatie. De konijnenstand werd lager door lage temperaturen in de voorgaande winter, maar alleen als er tijdens de lente van het vorige jaar veel neerslag was.
Original language | Dutch |
---|---|
Pages (from-to) | 1-3 |
Journal | Zoogdier |
Volume | 23 |
Issue number | 4 |
Publication status | Published - 2012 |
Keywords
- fauna
- wild animals
- winter
- adverse effects
- scientific research