Visclusters in Nederland (nulmeting): omvang en afhankelijkheid voor de keten en toeleverende industrie van Noordzeevisserij: Impactanalyse beleidsbeslissingen op de keten van nederlandse visserijregio’s

Research output: Book/ReportReportProfessional

Abstract

Deze studie is een deelonderzoek van de overkoepelende sociaal-economische impactanalyse visserij. De centrale onderzoeksvraag is: wat is de sociaal-economische omvang van de visclusters per visserijregio en in welke mate zijn deze visclusters afhankelijk van de Nederlandse visserij? Deze studie is een nulmeting. Niet alleen de effecten van beleidsbeslissingen maar ook de impact van actuele ontwikkelingen zijn meegenomen in deze studie, zoals de energiecrisis door de oorlog in Oekraïne en de onzekerheid over de toekomst vanwege de aangekondigde sanering voor de Nederlandse kottervloot (2022-2023). Van de totale populatie behoorden 346 bedrijven tot het Nederlandse viscluster met een totale omzet van € 6,6 miljard en 13.550 werkzame personen (8.350 fte) in 2021. Daarvan waren 314 bedrijven afhankelijk van Noordzeevisserij variërend van 5 tot 100% voor de omzet. Met een gemiddelde 40-50% afhankelijkheid van Noordzeevisserij voor de omzet was ongeveer de helft (€ 2,9 miljard) direct toe te wijzen aan Noordzeevisserij. De keten en toeleverende industrie in alle zes gedefinieerde visserijregio’s zagen negatieve invloeden van beleidsbeslissingen over de Noordzeevisserij, al werd de impact door een stapeling van zowel nationale als Europese beleidsbeslissingen en martkontwikkelingen (zoals hoge brandstofprijzen) veroorzaakt. De visserijregio’s die de grootste negatieve impact ervaarden waren IJmuiden, Urk, Kop van Noord-Holland en Zuidwest-Nederland. Daartegen waren de negatieve invloeden voor visclusters in de regio’s Katwijk-Scheveningen en de Waddenkust minder groot. Visafslagen en visserijcoöperaties zijn het meest afhankelijk van de Noordzeevisserij. In tegenstelling tot de andere schakels in de keten hebben visafslagen en visserijcooperaties weinig tot geen uitwijkmogelijkheden bij een krimpende kottervloot en afnemende aanvoer. Naar mening van de bedrijven in de visclusters zijn de grootste zorgen: (1) het verliezen van personeel en daarmee de moeilijk vervangbare specialistische vakkennis jarenlang opgebouwd in de praktijk van generatie op generatie, (2) de verslechterde concurrentiepositie door wegvallen van het onderscheidend vermogen van verse Noordzeevis ten opzichte van geïmporteerde kweekvis, (3) het verlies van de identiteit van visserijregio’s als cultureel gemeengoed en (4) gevoelens van onzekerheid over de toekomst doordat de bedrijven oppositie richting de Noordzeevisserij ervaren vanuit natuurbeschermingsorganisaties en weinig tijdige financiële en morele steun voelen van de overheid. De gegevens zijn verzameld via digitale enquête, interviews en regionale workshops aangevuld met openbare databronnen. In de periode vanaf 2023 zal een monitoring als vervolgonderzoek op de nulmeting plaatsvinden waarbij de sociaal-economische effecten van beleidsbeslissingen en actuele ontwikkelingen op visclusters geanalyseerd worden.---This study is part of the overarching socio-economic impact analysis fisheries. The key research question is: what is the socio-economic size of the fish clusters per fishery region and to what extent are these fish clusters dependent on the Dutch fisheries? This study is a baseline measurement. Not solely the effects of policy decisions but also current developments has been taken into account, such as the energy crisis due to the war in Ukraine as well as the uncertainty for the future because the announced decommissioning scheme of the Dutch cutter fleet (2022-2023). From the total population there were 346 enterprises belonging to the Dutch fish cluster with a total turnover of € 6.6 billion and 13,550 employees (8,350 fte) in 2021. Out of the Dutch fish cluster there were 314 enterprises relying on North sea fisheries, varying from a low (5%) to high dependency (100%) for the financial turnover. With on average a 40-50% dependence on North sea fisheries for the financial turnover half of it (€2.9 billion) could directly be related to North sea fisheries. The processing and service supply chain in all of the defined six fishery regions have considered negative effects from policy decisions for the North Sea fisheries. However the impact was caused by a cascading of both national and European policy decisions together with market developments (such as high fuel prices). The fishery regions with the largest negative impact were IJmuiden, Urk, Kop van Noord-Holland and Zuidwest-Nederland. The fish clusters in the fishery regions of Katwijk-Scheveningen and Waddenkust perceived negative effects to a lesser extent. Fish auctions and fisheries co-ops are the most dependent on the North Sea fisheries. In contrast with the other stages of the supply chain, fish auctions and fish co-ops have hardly any or even no opportunities for alternatives with a shrinking cutter fleet anddecreasing landing volumes of fresh fish. According to the enterprises within fish clusters the largest concerns are: (1) losing scarce skilled and competent employees and therefore specialised knowledge learned by practicing for years from generation to generation, (2) deteriorated distinctiveness of ceasing fresh North Sea fish compared to imported cultivated fish, (3) losing identity of fishery regions as cultural common and (4) the perception of an uncertain future due to opposition towards North sea fisheries by nature conservation organisations perceived by companies and experienced limited financial and moral support in time by the government. The data have been collected via digital survey, interviews and regional workshops complemented with publicly available data sources. In the period from 2023 there will be monitoring as additional research to the baseline measurement to analyze the socio-economic effects of policy decisions for fish clusters.
Original languageDutch
Place of PublicationWageningen
PublisherWageningen Economic Research
Number of pages97
ISBN (Electronic)9789464476545
DOIs
Publication statusPublished - 2023

Publication series

NameRapport Wageningen Economic Research
No.2023-030

Cite this