Reconstructie van het Japanse oesterbestand in de Oosterschelde

Research output: Book/ReportReportProfessional

Abstract

Sinds 2011 wordt jaarlijks binnen het WOT Visserij programma in opdracht van het Ministerie van LNV een schatting gemaakt van het areaal Japanse oesterbanken op de droogvallende platen van de Oosterschelde en het daarin aanwezige bestand aan Japanse oesters. Ook vóór 2011 zijn in verschillende jaren schattingen gemaakt. Geschatte bestanden in de periode 2011-2017 blijken aanzienlijk kleiner dan geschat in de periode vóór 2011, terwijl arealen niet zo sterk zijn afgenomen. Het is daarom de vraag of het oesterbestand daadwerkelijk is afgenomen, of dat de afname eigenlijk veroorzaakt is door een verandering in werkwijze. Onderzocht is of de afname in het bestand van Japanse oesters tussen beide perioden veroorzaakt kan zijn door een afname in levende biomassa binnen de banken, of dat de afname is veroorzaakt door een verschil in methodiek. Op basis van de resultaten uit dit onderzoek is vervolgens de ontwikkeling van het bestand aan Japanse oesters in de Oosterschelde voor de periode 1980-2011 gereconstrueerd. Methodiek in de verschillende jaren en het effect daarvan op de resultaten zijn beschreven in hoofdstuk 2 “Onderzoek”. In hoofdstuk 3 “Reconstructie” worden methodiek en resultaten van de reconstructie beschreven. In hoofdstuk 4 worden methodiek en resultaten van de reconstructie bediscussieerd en de eindconclusies gepresenteerd. Geconcludeerd wordt dat: 1. De biomassa aan oesters per m2 binnen de Japanse oesterbanken niet is afgenomen tussen 2003 en 2011; 2. Het oesterbestand op de droogvallende platen van de Oosterschelde voor de jaren 1990, 2003 en 2011 overschat is; 3. De gereconstrueerde tijdreeks een beter beeld geeft van de ontwikkeling van het Japanse oesterbestand in de periode tot en met 2011.
Original languageDutch
Place of PublicationIJmuiden
PublisherCentrum voor Visserijonderzoek (CVO)
Number of pages14
DOIs
Publication statusPublished - 11 Nov 2019

Publication series

NameCVO rapport
No.19.008

Cite this