Monitoring platte-oesterbank Voordelta 2023

Pauline Kamermans, Oscar Bos, Linda Tonk, Rebecca Bakker, Karin Didderen, Wouter Lengkeek

Research output: Book/ReportReportProfessional

Abstract

Sinds 1 juni 2021 is de oesterbank in de Voordelta formeel beschermd tegen visserijvormen die schadelijk kunnen zijn voor de ontwikkeling van de platte-oesterbank of belemmerend zijn voor de monitoring van de integere toestand van de platte-oesterpopulatie. Gedurende vier jaar wordt jaarlijks de omvang, dichtheid, populatieopbouw, status van de ziekte bonamiosis, reproductie en biodiversiteit van de oesterbank gemonitord. Deze informatie kan bijdragen aan het bepalen van de huidige status en functie van de platte-oesterbank en maakt het mogelijk om vooruitzichten te maken voor het gebied. Voorliggend rapport betreft de rapportage over de monitoring en bijhorende resultaten in 2023. Voor het bepalen van de omvang van de platte-oesterbank zijn akoestische data ingewonnen met een SONAR. Validatie van de akoestische data vond plaats met drop-cam en duikers. Vervolgens zijn in ArcGIS deze bevindingen aan de hand van de correlerende gps-coördinaten verwerkt tot een kaart waarin een classificatie van verschillende bodemstructuren is weergegeven. De totale omvang van het onderzochte gebied was 261 hectare, waarvan op 208 hectare biogene structuren aanwezig waren die kenmerkend zijn voor op of rond oesterbanken. Net als in 2022 beslaat het oppervlak aan oesterbank met een hoge bedekking van schelpen en oesters (70-100%) 10 hectare en aan oesterbank met een gemiddelde bedekking (40-70%) 30 hectare. Daarnaast is er 14 hectare mosselbank aanwezig. Het omliggende gebied buiten de grenzen van de beschermde bank heeft een bedekking van schelpen tussen de 5 en 100% en is minimaal 154 hectare groot. In het najaar zijn platte oesters verzameld tijdens de metingen voor de populatieopbouw voor het bepalen van de status van de ziekte bonamiosis. De Bonamia-analyse liet zien dat de ziekte nog steeds voorkomt in het gebied. Twee van de 29 geanalyseerde oesters waren positief. De dichtheid en populatieopbouw van de platte oesters is onderzocht langs drie lijntransecten met ieder vijf willekeurig geplaatste kwadraten waarbij het aantal oesters per kwadrant is geteld en van 108 verzamelde oesters de lengte, breedte en hoogte van de schelp is opgemeten. Het gemiddeld aantal platte oesters op de bank bedroeg 5,3 per m2 in 2023. Dit is vergelijkbaar met de door OSPAR gehanteerde grens van 5 oesters per m2 voor een oesterbank en met eerdere jaren. De lengte van de oesters varieerde van 8 tot 113 mm. De meest voorkomende lengteklassen omvat de lengte range van 60-80 mm. De breedte- en hoogtefrequenties van transect “zuid” laat in de opeenvolgende jaren 2021, 2022 en 2023 een toename in grootte zien, wat zou kunnen duiden op groei van de aanwezige individuen. De grootste hoogte van 40-45 mm is indicatief voor een oester van ongeveer 9 jaar oud. De reproductie van de platte oesters is bepaald door in het zomerseizoen watermonsters te verzamelen en deze te analyseren op aanwezigheid van larven. Daarnaast zijn in de zomer ook collectoren uitgezet om broed in te vangen. Deze collectoren zijn in december verzameld en het daarop gevestigde broed is geteld. Tijdens de analyse van de watermonsters kwamen platte-oesterlarven voor. In potentie zou de bank zich dus kunnen verjongen. Er is ook oesterbroed geteld op de collectoren. De aantallen broed waren beduidend lager dan de jaren daarvoor. Het broed uit 2022 bleek na DNA analyse voornamelijk broed van Japanse oesters te zijn. De DNA analyse van het broed uit 2023 moet nog plaatsvinden. Voor de opname van de biodiversiteit op de platte-oesterbank is visueel met duikers vastgesteld welke soorten aanwezig waren in kwadranten van transect “midden”. Op basis van de visuele opname van epibenthische soorten zijn in 2023 totaal 28 unieke taxa aangetroffen in de vijf kwadranten, met een gemiddelde van 12 per kwadrant van 0,25 m2. Dit gemiddelde is vergelijkbaar met 2021 en 2022. Het totaal aantal unieke taxa ligt wat lager doordat er in 2023 een lagere monitoringsinspanning was dan voorgaande jaren. In totaal zijn nu 168 unieke taxa waargenomen op de oesterbank.
Original languageDutch
Place of PublicationYerseke
PublisherWageningen Marine Research
Number of pages56
DOIs
Publication statusPublished - 2024

Publication series

NameWageningen Marine Research rapport
No.C045/24

Cite this