Abstract
Brinkhuijsen onderzoekt in haar dissertatie hoe recreatie in de loop van de twintigste eeuw een plek kreeg in het landschap en het landschapsontwerp, van de pioniersperiode (voor W.O. II), de massacrecreatie (jaren zestig), het recreatief medegebruik (rond 1980) to de huidige periode, die Brinkhuijsen kenmerkt met "verbreding". Ze analyseert ontwerpen die invloed hebben uitgeoefend op de manier waarop we recreatielandschappen nu zien, zoals het Amsterdamse Bos uit 1934, kleinschalige recreatielandschappen en een netwerk van fietspaden en wandelpaden in de landinrichting Oukoop-Kortrijk uit 1966, natuurontwikkelingsprojecten in het rivierengebied uit de jaren tachtig en negentig en de landschapsvisie voor de Drentsche Aa uit 2005. De achteraf wat schokkende conclusie luidt dat recreatie nauwelijks van belang is geweest in het landschapsontwerp
Original language | English |
---|---|
Qualification | Doctor of Philosophy |
Awarding Institution |
|
Supervisors/Advisors |
|
Award date | 13 Oct 2008 |
Place of Publication | [S.l.] |
Print ISBNs | 9789085049722 |
Publication status | Published - 13 Oct 2008 |
Keywords
- landscape
- leisure
- design
- rural areas
- landscape architecture
- recreation
- tourism
- netherlands
- landscape planning
- zeeland
- gelderland
- drenthe