Abstract
Welke bijdrage leveren landschapselementen als akkerranden, houtwallen, bosjes en ruigtes aan de verspreiding en bestrijding van ziekten en plagen in de vollegrondsgroenteteelt. Wilde planten, struiken en bomen kunnen mogelijke alternatieve waardplanten zijn voor plagen op groentegewassen; voor tien belangrijke groentegewassen zijn deze risico's onderzocht. Opgaande elementen als houtwallen en bomenrijen kunnen zowel gunstig zijn voor plaaginsecten als voor hun natuurlijke vijanden. Gunstige natuur schept voorwaarden voor overleving van natuurlijke vijanden en niet voor plaagsoorten; bij inrichting en beheer dient daarmee rekening te worden gehouden. De voorlopige conclusie is dat groene dooradering een relatief kleine bron kan zijn voor een beperkt aantal plagen in groenteteelten. Daartegenover staat een bronfunctie voor vele soorten natuurlijke vijanden. Meer info: Alterra-rapport 825
Original language | Dutch |
---|---|
Pages (from-to) | 8-9 en 11 |
Journal | Ekoland |
Volume | 24 |
Issue number | 5 |
Publication status | Published - 2004 |
Keywords
- landscape elements
- vegetable growing
- natural enemies
- horticulture
- nature conservation
- wild plants
- insect pests
- insect control
- beneficial organisms
- plantations
- host plants
- agri-environment schemes
- outdoor cropping
- hedgerows