Abstract
Het wortellesie-aaltje P. penetrans vermeerdert op veel gewassen, waaronder aardappel en graan. Suikerbiet is een slechte waard voor dit aaltje. De meeste groenbemesters zijn ook een goede waard. In opdracht van HPA is onderzoek verricht naar de effecten van groenbemesters op het aaltje en de opbrengst van de aardappels het volgende teeltjaar. De vraag is welke groenbemester het best geteeld kan worden na granen, als voorvrucht van zetmeelaardappelen. Het gaat dan om de aaltjesvermeerdering, maar ook om het positieve effect van groenbemesters op de structuur en organische stof, en daardoor op de aardappelopbrengst. Tevens is onderzocht welk graangewas, wintertarwe of zomergerst het aaltje het minst vermeerdert. Zomergerst is een betere voorvrucht voor aardappel dan wintertarwe, doordat de aaltjespopulatie na gerst lager is. Tijdens zwarte braak daalt de populatie P. penetrans, dit heeft een positief effect op de aardappelopbrengst. Dit is een samenvatting van het rapport "Groenbemesters en Pratylenchus in een bouwplan met zetmeelaardappelen. Resultaten van drie jaar onderzoek", er is een link naar dit rapport aanwezig.
Original language | Dutch |
---|---|
Publisher | Kennisakker |
Edition | 15 sept |
Media of output | Online |
Publication status | Published - 15 Sep 2006 |
Keywords
- green manures
- potatoes
- pratylenchus crenatus
- pratylenchus
- host plants
- nematoda
- nematode control
- starch potatoes
- arable farming
- rotations