TY - BOOK
T1 - Euthanasie van dieren op het primaire bedrijf
AU - Kluivers-Poodt, M.
AU - Rommers, J.
AU - Reimert, H.
AU - Troquet, L.
AU - Gerritzen, M.
N1 - Project number BO-20.00-008-002.01
PY - 2014/4
Y1 - 2014/4
N2 - Het in dit rapport beschreven onderzoek is uitgevoerd in opdracht van het Ministerie van Economische Zaken. Het onderzoek betreft de mogelijkheden van het euthanaseren van dieren op het primaire bedrijf. Als eerste is een literatuurstudie uitgevoerd, voortbordurend op een studie van Wageningen UR Livestock Research in 2010, waarin een schematisch overzicht is gemaakt van de wetenschappelijke kennis ten aanzien van euthanasiemethoden op het primaire bedrijf. De beschreven methoden zijn vergeleken met die beschreven in Verordening (EG) Nr. 1099/2009. Als tweede is een praktijkproef uitgevoerd met een commercieel verkrijgbare methode voor het euthanaseren van biggen op het primaire bedrijf. Het literatuuronderzoek was gericht op een aantal specifieke diersoorten, nl. varkens, kalkoenen, geiten- en schapen(lammeren). Over het euthanaseren van geitenlammeren bleek geen literatuur beschikbaar, mogelijk/waarschijnlijk zijn methoden die geschikt zijn voor het euthanaseren van schapenlammeren echter ook geschikt voor geitenlammeren. Een groot aantal methoden is wetenschappelijk op verschillende aspecten onderzocht. Methoden vallen binnen drie categorieën: mechanisch, elektrisch, gas. Een vierde categorie is de dodelijke injectie, maar deze mag uitsluitend door dierenartsen gegeven worden en is niet verder in dit onderzoek meegenomen. De onderzochte methoden in de literatuur zijn niet altijd toegestaan volgens Verordening (EG) Nr. 1099/2009. Van methoden die binnen de verordening vallen, is aan de andere kant niet altijd een wetenschappelijke beoordeling van de relevante criteria in de literatuur te vinden. Mechanische methoden die in een wetenschappelijke opzet positief scoren op de parameters welzijn, snelheid en effectiviteit zijn: het niet-penetrerend penschiettoestel in kalkoenen, pasgeboren biggen en schapenlammeren, en het penetrerend penschiettoestel in varkens en schapenlammeren. Van de verschillende gasmethoden is vooral CO2 onderzocht, waarbij het effect op welzijn, snelheid en effectiviteit sterk afhankelijk is van de exacte uitvoering. Verschillende methoden zijn commercieel beschikbaar en (mogelijk) perspectiefvol voor toepassing op het primaire bedrijf, maar ze kennen vaak onvoldoende wetenschappelijke onderbouwing. Voorbeelden zijn stikstofschuim (bij alle genoemde diersoorten), de Zephyr-E (bij varkens >9 kg, schapen- en geitenlammeren) en mogelijk de VetCon Aurelia P (bij kalkoenen). In de beschikbare literatuur worden verschillende aandachtspunten c.q. onderzoeksvragen genoemd, zoals bijvoorbeeld de aard van het hersenletsel dat met een mechanische methode veroorzaakt wordt. Daarnaast wordt het ontwikkelen van gebruiksprotocollen die een veilige en effectieve toepassing van een methode garanderen, aanbevolen. Een specifiek aspect dat in gebruikersprotocollen aandacht moet krijgen is de fixatie van de te euthanaseren dieren, om een zorgvuldige toepassing te waarborgen. Naast welzijn, snelheid en effectiviteit van methoden is ook de esthetische en maatschappelijke kant van een methode een nadrukkelijk aandachtspunt. In een praktijkproef is de Zephyr-E getest, een niet-penetrerend penschiettoestel dat ontwikkeld en wetenschappelijk onderzocht is in Canada en het Verenigd Koninkrijk. In de proef zijn 25 biggen, variërend van 0,5 tot 9kg, met het apparaat geëuthanaseerd, zonder gebruik van een aanvullende dodingshandeling. De effectiviteit van het apparaat werd aan de hand van de afwezigheid van een aantal reflexen bepaald, aangevuld met metingen van hersenen- (EEG) en hartactiviteit (ECG) bij een deel van de dieren. Het gebruik van het apparaat resulteerde in direct verdwijnen van vrijwel alle geteste reflexen en snel bewustzijnsverlies. In praktisch opzicht behoeft de positionering van het apparaat en de fixatie van de dieren, met name bij kleine dieren, bijzondere aandacht. Geen van de dieren is bij bewustzijn gebleven dan wel gekomen na het gebruik van de Zephyr-E. Echter, het optreden van soms heftige en langdurige spiertrekkingen direct na het schieten waren voor de gebruiker onplezierig om te zien. De kans op het optreden van een schedelfractuur is bij hele kleine biggen aanwezig, mogelijk zou aanpassing van de toegepaste druk van de compressor dit kunnen verminderen.
AB - Het in dit rapport beschreven onderzoek is uitgevoerd in opdracht van het Ministerie van Economische Zaken. Het onderzoek betreft de mogelijkheden van het euthanaseren van dieren op het primaire bedrijf. Als eerste is een literatuurstudie uitgevoerd, voortbordurend op een studie van Wageningen UR Livestock Research in 2010, waarin een schematisch overzicht is gemaakt van de wetenschappelijke kennis ten aanzien van euthanasiemethoden op het primaire bedrijf. De beschreven methoden zijn vergeleken met die beschreven in Verordening (EG) Nr. 1099/2009. Als tweede is een praktijkproef uitgevoerd met een commercieel verkrijgbare methode voor het euthanaseren van biggen op het primaire bedrijf. Het literatuuronderzoek was gericht op een aantal specifieke diersoorten, nl. varkens, kalkoenen, geiten- en schapen(lammeren). Over het euthanaseren van geitenlammeren bleek geen literatuur beschikbaar, mogelijk/waarschijnlijk zijn methoden die geschikt zijn voor het euthanaseren van schapenlammeren echter ook geschikt voor geitenlammeren. Een groot aantal methoden is wetenschappelijk op verschillende aspecten onderzocht. Methoden vallen binnen drie categorieën: mechanisch, elektrisch, gas. Een vierde categorie is de dodelijke injectie, maar deze mag uitsluitend door dierenartsen gegeven worden en is niet verder in dit onderzoek meegenomen. De onderzochte methoden in de literatuur zijn niet altijd toegestaan volgens Verordening (EG) Nr. 1099/2009. Van methoden die binnen de verordening vallen, is aan de andere kant niet altijd een wetenschappelijke beoordeling van de relevante criteria in de literatuur te vinden. Mechanische methoden die in een wetenschappelijke opzet positief scoren op de parameters welzijn, snelheid en effectiviteit zijn: het niet-penetrerend penschiettoestel in kalkoenen, pasgeboren biggen en schapenlammeren, en het penetrerend penschiettoestel in varkens en schapenlammeren. Van de verschillende gasmethoden is vooral CO2 onderzocht, waarbij het effect op welzijn, snelheid en effectiviteit sterk afhankelijk is van de exacte uitvoering. Verschillende methoden zijn commercieel beschikbaar en (mogelijk) perspectiefvol voor toepassing op het primaire bedrijf, maar ze kennen vaak onvoldoende wetenschappelijke onderbouwing. Voorbeelden zijn stikstofschuim (bij alle genoemde diersoorten), de Zephyr-E (bij varkens >9 kg, schapen- en geitenlammeren) en mogelijk de VetCon Aurelia P (bij kalkoenen). In de beschikbare literatuur worden verschillende aandachtspunten c.q. onderzoeksvragen genoemd, zoals bijvoorbeeld de aard van het hersenletsel dat met een mechanische methode veroorzaakt wordt. Daarnaast wordt het ontwikkelen van gebruiksprotocollen die een veilige en effectieve toepassing van een methode garanderen, aanbevolen. Een specifiek aspect dat in gebruikersprotocollen aandacht moet krijgen is de fixatie van de te euthanaseren dieren, om een zorgvuldige toepassing te waarborgen. Naast welzijn, snelheid en effectiviteit van methoden is ook de esthetische en maatschappelijke kant van een methode een nadrukkelijk aandachtspunt. In een praktijkproef is de Zephyr-E getest, een niet-penetrerend penschiettoestel dat ontwikkeld en wetenschappelijk onderzocht is in Canada en het Verenigd Koninkrijk. In de proef zijn 25 biggen, variërend van 0,5 tot 9kg, met het apparaat geëuthanaseerd, zonder gebruik van een aanvullende dodingshandeling. De effectiviteit van het apparaat werd aan de hand van de afwezigheid van een aantal reflexen bepaald, aangevuld met metingen van hersenen- (EEG) en hartactiviteit (ECG) bij een deel van de dieren. Het gebruik van het apparaat resulteerde in direct verdwijnen van vrijwel alle geteste reflexen en snel bewustzijnsverlies. In praktisch opzicht behoeft de positionering van het apparaat en de fixatie van de dieren, met name bij kleine dieren, bijzondere aandacht. Geen van de dieren is bij bewustzijn gebleven dan wel gekomen na het gebruik van de Zephyr-E. Echter, het optreden van soms heftige en langdurige spiertrekkingen direct na het schieten waren voor de gebruiker onplezierig om te zien. De kans op het optreden van een schedelfractuur is bij hele kleine biggen aanwezig, mogelijk zou aanpassing van de toegepaste druk van de compressor dit kunnen verminderen.
KW - animal welfare
KW - animal production
KW - killing of animals
KW - animal health
KW - pigs
KW - poultry
KW - turkeys
KW - goats
KW - sheep
KW - dierenwelzijn
KW - dierlijke productie
KW - doden van dieren
KW - diergezondheid
KW - varkens
KW - pluimvee
KW - kalkoenen
KW - geiten
KW - schapen
UR - https://edepot.wur.nl/563306
U2 - 10.18174/563306
DO - 10.18174/563306
M3 - Report
T3 - Report / Wageningen Livestock Research
BT - Euthanasie van dieren op het primaire bedrijf
PB - Wageningen Livestock Research
CY - Wageningen
ER -