Abstract
Om het milieu en in het bijzonder het oppervlaktewater zo min mogelijk te belasten met gewasbeschermingsmiddelen, dient de emissie van deze middelen naar de omgeving beperkt te worden. Door het Lozingenbesluit open teelt en veehouderij (een Algemene Maatregel van Bestuur; AMvB) wordt getracht de emissie naar het oppervlaktewater te reduceren. Eén van de maatregelen is het instellen van een teeltvrije zone om de emissie van middelen naar het oppervlaktewater te beperken. Voor het jaar 2003 wordt een
teeltvrije zone van 6 meter voorgesteld, tenzij gewerkt wordt met wettelijk geaccepteerde methoden en technieken om de emissie te beperken. Wanneer met een emissiebeperkende methode gewerkt wordt, zoals bijvoorbeeld een tunnelspuit, een dwarsstroomspuit met reflectie-schermen of wanneer een windhaag aanwezig is, kan de teeltvrije zone tot 1,5 meter beperkt blijven. Een aantal van bovenstaande maatregelen kent ook nadelen als hoge investeringen (tunnelspuit), of eist teeltruimte op (windhaag). Daarom wordt gezocht naar goedkope, en praktische alternatieven met voldoende emissiereducerende werking.
In dit onderzoek is het effect gemeten van het éénzijdig bespuiten van de laatste bomenrij in vergelijking met de praktijk-standaardmethode van tweezijdig bespuiten van de laatste bomenrij, op de beperking van de emissie buiten het perceel. Bij het éénzijdig bespuiten van de laatste bomenrij wordt deze uitsluitend bespoten vanaf het buitenste rijpad in de richting van het perceel. Het onderzoek werd uitgevoerd in een boomgaard, die representatief was voor een commerciële boomgaard. De bespuitingen werden uitgevoerd met dwarsstroomspuiten met holle kegeldoppen, bij een druk van 7-8 bar, ongeveer 200 liter spuitvolume per hectare en een rijsnelheid van ca. 6 km/h. Dit is een standaardinstelling, die karakteristiek is voor de Nederlandse fruitteelt. Met behulp van een fluorescerende stof werd de emissie bepaald naar de bodem, op verschillende afstanden van de laatste bomenrij. De gemeten emissie werd uitgedrukt als percentage van de hoeveelheid spuitvloeistof die verspoten werd per oppervlakte-eenheid boomgaard. De metingen werden in een volblad gewas, en in een kaal gewas uitgevoerd.
In de proefopzet is geprobeerd om uit te gaan van een “worst case” benadering: een windrichting zoveel mogelijk haaks op de sloot, naar de sloot toegericht en bij voldoende wind.
In deze studie werd door het bespuiten van de buitenste drie bomenrijen een emissie in het volblad stadium bepaald (op 5 m van de laatste bomenrij) van 4,6% bij tweezijdig bespuiten en 2,4% bij éénzijdig bespuiten van de laatste bomenrij (gemiddelde windsnelheid 2,3 m/s). Voor een kaal gewas was de emissie 16,9% bij het tweezijdig bespuiten en 10,0% voor het éénzijdig bespuiten (gemiddelde windsnelheid 4,3 m/s). Bij het éénzijdig bespuiten van de laatste bomenrij bij een vol blad gewas, werd de emissie midden boven de sloot met gemiddeld 48% verminderd ten opzichte van tweezijdig bespuiten. In een kaal gewas werd de emissie boven de sloot met gemiddeld 41% verminderd.
De emissiereductie geeft aanleiding om de teeltvrije zone te verkleinen. De orde van grootte is vergelijkbaar met die van een dwarsstroomspuit met reflectie-schermen (55% emissiereductie), waarbij een teeltvrije zone van 1,5 m mogelijk is.
teeltvrije zone van 6 meter voorgesteld, tenzij gewerkt wordt met wettelijk geaccepteerde methoden en technieken om de emissie te beperken. Wanneer met een emissiebeperkende methode gewerkt wordt, zoals bijvoorbeeld een tunnelspuit, een dwarsstroomspuit met reflectie-schermen of wanneer een windhaag aanwezig is, kan de teeltvrije zone tot 1,5 meter beperkt blijven. Een aantal van bovenstaande maatregelen kent ook nadelen als hoge investeringen (tunnelspuit), of eist teeltruimte op (windhaag). Daarom wordt gezocht naar goedkope, en praktische alternatieven met voldoende emissiereducerende werking.
In dit onderzoek is het effect gemeten van het éénzijdig bespuiten van de laatste bomenrij in vergelijking met de praktijk-standaardmethode van tweezijdig bespuiten van de laatste bomenrij, op de beperking van de emissie buiten het perceel. Bij het éénzijdig bespuiten van de laatste bomenrij wordt deze uitsluitend bespoten vanaf het buitenste rijpad in de richting van het perceel. Het onderzoek werd uitgevoerd in een boomgaard, die representatief was voor een commerciële boomgaard. De bespuitingen werden uitgevoerd met dwarsstroomspuiten met holle kegeldoppen, bij een druk van 7-8 bar, ongeveer 200 liter spuitvolume per hectare en een rijsnelheid van ca. 6 km/h. Dit is een standaardinstelling, die karakteristiek is voor de Nederlandse fruitteelt. Met behulp van een fluorescerende stof werd de emissie bepaald naar de bodem, op verschillende afstanden van de laatste bomenrij. De gemeten emissie werd uitgedrukt als percentage van de hoeveelheid spuitvloeistof die verspoten werd per oppervlakte-eenheid boomgaard. De metingen werden in een volblad gewas, en in een kaal gewas uitgevoerd.
In de proefopzet is geprobeerd om uit te gaan van een “worst case” benadering: een windrichting zoveel mogelijk haaks op de sloot, naar de sloot toegericht en bij voldoende wind.
In deze studie werd door het bespuiten van de buitenste drie bomenrijen een emissie in het volblad stadium bepaald (op 5 m van de laatste bomenrij) van 4,6% bij tweezijdig bespuiten en 2,4% bij éénzijdig bespuiten van de laatste bomenrij (gemiddelde windsnelheid 2,3 m/s). Voor een kaal gewas was de emissie 16,9% bij het tweezijdig bespuiten en 10,0% voor het éénzijdig bespuiten (gemiddelde windsnelheid 4,3 m/s). Bij het éénzijdig bespuiten van de laatste bomenrij bij een vol blad gewas, werd de emissie midden boven de sloot met gemiddeld 48% verminderd ten opzichte van tweezijdig bespuiten. In een kaal gewas werd de emissie boven de sloot met gemiddeld 41% verminderd.
De emissiereductie geeft aanleiding om de teeltvrije zone te verkleinen. De orde van grootte is vergelijkbaar met die van een dwarsstroomspuit met reflectie-schermen (55% emissiereductie), waarbij een teeltvrije zone van 1,5 m mogelijk is.
Original language | Dutch |
---|---|
Place of Publication | Randwijk |
Publisher | Praktijkonderzoek Plant & Omgeving |
Number of pages | 41 |
Publication status | Published - 2001 |
Publication series
Name | Rapport PPO |
---|---|
Publisher | PPO Fruit |
No. | 2001-11 |