Biologische bestrijding van smet in sla

C.E. Westerdijk

    Research output: Contribution to journalArticleProfessional

    Abstract

    Dit artikel beschrijft het onderzoek dat in 1998 en 1999 is uitgevoerd op de proeftuin in Horst naar het effect van de antagonist Coniothyrium minitans op Sclerotinia in sla. Er waren per jaar 3 slateelten op een perceel dat kunstmatig was besmet met Sclerotinia minor. Het effect van de antagonist werd vergeleken met dat Ronilan. Door de de continuteelt op besmette grond was de ziektedruk erg hoog. Over de 2 jaren gezien resulteerde een gewasbehandeling met C. minitans in een gelijk bestrijdingseffect vergeleken met Ronilan. Het verwijderen van de gewasresten na iedere teelt leverde een kleine verbetering op van het resultaat. C. minitans ontleent zijn bestrijdend effect aan het doden van de sclerotien in de grond. Deze aangetaste sclerotien konden niet in de grond worden aangetoond waarschijnlijk omdat ze na te zijn aangetast door C. minitans snel ontbinden (en dus niet meer teruggevonden kunnen worden). In dit artikel worden ook de resultaten beschreven van de proeven waarin Rhizoctonia wordt bestreden. sleutelwoorden: PPO-agv, akkerbouw, tuinbouw, gewasbescherming, geïntegreerde bestrijding, groenteteelt, bladplanten, vollegrondsgroenten, geintegreerde teelt, duurzame teelt, smet, sla, biologische bestrijding
    Original languageDutch
    Pages (from-to)6-8
    JournalPAV-bulletin. Vollegrondsgroenteteelt / Praktijkonderzoek voor de Akkerbouw en de Vollegrondsgroenteteelt
    Volume4
    Issue number1
    Publication statusPublished - 2000

    Keywords

    • lactuca sativa
    • lettuces
    • biological control
    • biological control agents
    • fungi
    • fungicides
    • plant pathogenic fungi
    • sclerotinia
    • rhizoctonia
    • outdoor culture

    Cite this