Abstract
Mengteelten worden veelal beschouwd als stabiele teeltsystemen met een grotere oogstzekerheid dan monoculturen en minder schade door pathogenen. Uit kasexperimenten waarin de ziektewerendheid tegen drie bodempathogenen werd bepaald van grond afkomstig van een mono- of mengteelt bleek dat de ziektewering niet werd verhoogd door de toepassing van een mengteelt in het veld. De ziektewerendheid van de bodem bleek meer afhankelijk van het gewas dat erop geteeld werd, waarbij de teelt van gerst de meest ziektewerende grond bleek op te leveren. Nitraat- en ammoniumconcentraties van de grond waren niet gecorreleerd met de ziektewerendheid. Ook blijkt dat mengteelt niet of in slechts geringe mate een correlatie heeft met de microbiële populatiesamenstelling buiten de rhizosfeer. Ook de microbiële activiteit in een mengteelt was niet hoger dan die van een monocultuur. Ondanks het feit dat de ziektewerendheid van grondmonsters niet werd verhoogd door het telen van een menggewas heeft de teeltwijze wel positieve effecten zoals een hogere opbrengst aan organische stof en minder problemen met ziekten en onkruiden in de geteelde menggewassen zelf
Original language | Dutch |
---|---|
Pages (from-to) | 200-205 |
Journal | Gewasbescherming |
Volume | 36 |
Issue number | 5 |
Publication status | Published - 2005 |
Keywords
- plant protection
- crop husbandry
- cultural methods
- disease prevention
- mixed cropping
- crop mixtures
- monoculture
- soil fungi
- resistance
- soil
- edaphic factors
- soil analysis
- microorganisms
- microbial flora
- polymerase chain reaction