Begeleiden en bijsturen mijt- en tripsbestrijding met mijtenval : praktijkervaringen van het gebruik van een mijtenval 2007-2008

A.J. van Kuik

    Research output: Book/ReportReportProfessional

    Abstract

    Om schade in de bloembollenteelt door mijten en trips te voorkomen wordt meestal een chemische bestrijding toegepast met pirimifos-methyl (Actellic 50). Soms worden tijdens de bewaring van geholde en gesneden hyacinten roofmijten uitgezet. Roofmijten werken onvoldoende tegen trips. Tulpengalmijten (Aceria tulipae) zorgen elk jaar voor grote economische schade. Tulpengalmijt veroorzaakt ernstige bloemschade en is een overbrenger van het TVX virus. Bollen- en stromijten kunnen kernrot veroorzaken, het wegrotten van de bloem in aanleg binnenin de tulpenbol. Vooral bij broeiers van parkiettulpen is kernrot een groot probleem. Ook trips (Frankliniella schultzei, Thrips tabaci, Taeniothrips simplex) vormen steeds meer een probleem in de bewaring van bollen. Voor de nabije toekomst zal het steeds belangrijker worden te weten of partijen wel of niet besmet zijn met mijten of trips. Als Actellic 50 wegvalt zullen, minder gemakkelijk toepasbare alternatieven als roofmijten, CA (controlled atmosphere) behandeling of korte dompeling na het rooien, nog tot de mogelijkheden behoren. Het is dan van economisch belang om partijen te controleren op aanwezigheid van mijten en trips en alleen dan een behandeling uit te voeren als het nodig is. Een kostbare alternatieve methode die in de biologische bollenteelt wordt toegepast is een Controlled Atmosphere (CA)-behandeling. De CA-behandeling geeft een volledige bestrijding van tulpengalmijt, maar het vereist wel speciale bewaarcellen. Uit voorzorg worden nu alle partijen behandeld, besmet of niet besmet om het risico op een aantasting door tulpengalmijt te voorkomen. Het is dus belangrijk om te weten of een plaag voorkomt en of de mijten behoren tot de schadelijke soorten. Mijten zijn echter zo klein dat enkele exemplaren met het blote oog niet gezien kunnen worden. Pas wanneer er veel mijten zijn wordt de aantasting zichtbaar, maar dan is het te laat. Vroege detectie zou dit probleem kunnen oplossen. Vroegtijdige detectie in de bloembollenteelt staat nog in de kinderschoenen, maar ook hier kan het besparend werken. Bijvoorbeeld voor de broeierij is het belangrijk te weten of een partij tulpen besmet is met tulpengalmijt en/ of met bollenmijt. Voor de biologische bestrijding van mijten in hyacint is het belangrijk te weten wat de verhouding bollenmijt/ roofmijt op de holbollen is gedurende de gehele bewaarperiode. In dit project werden mijtenvallen getest in bloembollenbewaarruimten bij tulpenplantgoedbewaring en in hyacinten holkamers. Vanaf het begin tot het einde van de bollenbewaring werden regelmatig mijtvallen tussen de tulpenbollen uitgezet en beoordeeld. In proeven bij PPO is aangetoond dat met de mijtenval in de bewaring van tulpenbollen, zowel bollenmijten, stromijten, roofmijten als tulpengalmijten zijn aan te tonen. Vroegtijdige detectie van tulpengalmijt met de mijtenval is mogelijk.
    Original languageDutch
    Place of PublicationLisse
    PublisherPraktijkonderzoek Plant & Omgeving
    Number of pages53
    Publication statusPublished - 2009

    Keywords

    • mites
    • ornamental bulbs
    • mite control
    • aceria tulipae
    • thrips tabaci
    • storage mites
    • chemical control
    • biological control
    • agricultural research
    • netherlands

    Cite this