Research output per year
Research output per year
Project: LVVN project
Met het wegvallen van breedwerkende insecticiden zorgen plantetende mijten in diverse
gewassen voor aanzienlijke schade, zowel in bedekte als in onbedekte teelten en ook tijdens de
opslag van bloembollen. Verschillende schadelijke mijtensoorten zijn extreem klein of hebben een
verborgen levenswijze achter knopschubben en andere plantendelen of in spintwebben. Daardoor
zijn ze met de beschikbare roofmijtensoorten vaak moeilijk te bestrijden. In andere gevallen is
het kasklimaat of het beschikbare voedsel beperkend voor de toepassing van de beschikbare
roofmijtsoorten. Dit is een grote drempel voor de overgang van chemische naar biologische
bestrijding. In dit project wordt onderzoek gedaan naar de biologische bestrijding van de volgende economisch belangrijke schadelijke mijten in een aantal Nederlandse tuinbouwgewassen:
tulp, braam, amaryllis en bromelia en komkommer.
Tulpengalmijt, Aceria tulipae, vormt de belangrijkste plaag van tulpen en veroorzaakt
jaarlijks voor miljoenen euro’s economische schade. De mijt veroorzaakt uitval en visuele schade
tijdens teelt en broeierij, kan het tulpenvirus X (TVX) overbrengen en is een quarantaine
organisme voor sommige exportlanden. Daarnaast zorgen ook bollenmijt en stromijt voor grote
schade aan tulpen tijdens de bewaring. Bollen- en stromijten zijn o.a. betrokken bij kernrot en
verspreiding TVX.
Bramengalmijt, Acalitus essigi, geeft veel problemen in de teelt van braam (geschatte
schade 0.4 miljoen euro/jaar). Aangetaste vruchten rijpen niet of slechts gedeeltelijk. Deze
vruchten smaken slecht en zijn niet verkoopbaar. Bij ernstige aantasting kan een groot deel van
de oogst verloren gaan.
Weekhuidmijten (Tarsonemidae) geven schade in kasteelten van amaryllis en bromelia
(geschatte schade 1.8 miljoen Euro/jaar). Bij amaryllis gaat het om de narcismijt,
Steneotarsonemus laticeps en in bromelia om o.a. de ananasmijt, Steneotarsonemus ananas. De
mijten kruipen diep weg in de plantdelen en geven gewas- en bloemschade.
Bonenspint, Tetranychus urticae, is in kasteelten over het algemeen goed biologisch te
bestrijden, maar in komkommer slaan biologische bestrijders vaak slecht aan door het schrale
klimaat in sommige perioden en door gebrek aan voedsel voor de predatoren van spint. Telers
moeten hierdoor vaak chemische pesticiden toepassen die ook de biologische bestrijding van
andere plagen, zoals trips en bladluis, verstoort.
Status | Finished |
---|---|
Effective start/end date | 1/01/17 → 31/12/21 |
Research output: Book/Report › Report › Professional
Research output: Chapter in Book/Report/Conference proceeding › Conference paper › Academic › peer-review
Research output: Other contribution › Pamphlet
Messelink, G. (Creator), van Vugt, Y. (Creator), Woelke, J. (Creator), Catala Senent, L. (Creator) & Leman, A. (Creator), Wageningen University & Research, 1 Dec 2022
Dataset